Bij praktijkonderzoek is het belangrijk om ‘de juiste vragen’ te stellen. Dat zijn niet alleen de vragen in je enquête of interview, maar ook de vragen over het proces van het onderzoek, tijdens en na afloop van de onderzoeksfasen. Laatst verzorgde ik een workshop over dit onderwerp. Daarin vertelde ik de deelnemers op welke momenten tijdens je onderzoek het stellen van deze vragen belangrijk is en hoe je tot de ‘juiste’ vragen komt.
Op hun beurt brachten ze voorbeelden mee en uitdagingen die zij tijdens hun onderzoek ervaren. Één van de tools die ik gebruik bij het stellen van de juiste vragen is de 6W-methode.
Bron: Verhoeven, 2022
Deze methode is ooit geïntroduceerd als manier om tot een goede hoofdvraag en doelstelling van je onderzoek te komen (Verhoeven, 2022) en om de aanleiding te formuleren. Nu pas ik de 6W-methode toe als check tijdens het onderzoek. Ik vertel je er graag meer over.
Allereerst kent het stellen van de juiste vragen twee dimensies. De eerste is die van het proces: tijdens het onderzoeksproces stel je op bepaalde momenten de vraag of je nog op het juiste spoor zit met je onderzoek. Voor iedere fase van onderzoek zijn deze vragen weer anders. Een andere dimensie is die van de inhoud. Daar kun je de 6W-vragen heel goed bij gebruiken. Hierbij een aantal voorbeelden:
Ontwerp
De toepassing van de 6W-methode op het ontwerp heeft veel weg van de vragen om de hoofdvraag en doelstelling te ontwikkelen, maar ook om de aanleiding op te stellen. Je neemt de resultaten van een intake- of startgesprek mee in het ontwerp, en samen met de verkregen achtergrondinformatie en de uitkomsten van het achtergrondonderzoek (indien dat beschikbaar is natuurlijk) maak je een ontwerp of een voorstel. Heb je goed geluisterd naar wat de opdrachtgever wil, heb je de juiste vragen gesteld? Dan zal het voorstel snel worden goedgekeurd.
Dataverzameling
Om gegevens te kunnen verzamelen heb je een vragenlijst nodig, voor interviews of enquêtes. Ook bij het maken van de vragen kun je de 6W-methode gebruiken, bijvoorbeeld als checklist bij het opstellen van vragen, inhoudelijk dus:
- Wat wil je weten?
- Wie gaan aan het onderzoek deelnemen?
- Wanneer: welk tijdsbeeld past daarbij?
- Waar speelt de vraag zich af (afdeling, regio, locatie te bepalen)?
- Waarom wil je dit weten? Relevantie.
- Waartoe leidt het antwoord? Wat doe je met het antwoord op je vraag? Maak je een vergelijking, analyseer je een mening, of gebruik je het in een regressiemodel?
Voor het evalueren van het proces gebruik je andere vragen, zoals:
- Is het proces van dataverzameling goed verlopen?
- Had je voldoende respons? Heb je bijgestuurd? Op welke manier?
- In welke mate is je steekproef representatief?
Analyse
Ook om de analyse in goede banen te leiden kun je de 6W-methode gebruiken. Toegepast op analysevragen ziet deze er zo uit:
- Wat wil je analyseren of testen?
- Welke groep(en) of steekproef wil je analyseren?
- Wanneer speelt deze vraag een rol? Evaluatie, mening, voorspelling?
- Waar speelt de analysevraag: welke afdeling, locatie, gebied?
- Waarom is het belangrijk dat er een antwoord komt?
- Waartoe leidt het antwoord? Welke vervolgvraag verwacht je?
Evaluatie
De resultaten leiden tot bepaalde conclusies en ook daarbij kun je de 6W-methode inzetten. Bijvoorbeeld door de volgende vragen te stellen:
- Wat is de (belangrijkste) conclusie?
- Welke groep wordt in deze conclusie meegenomen?
- Wanneer is deze conclusie geldig? In het heden, toekomst?
- Waar is de conclusie geldig?
- Waarom is deze conclusie belangrijk?
- Waartoe leidt de conclusie? Wat wordt er met de conclusie gedaan?
Je kunt de 6W-methode eigenlijk op allerlei uitdagingen tijdens je onderzoek toepassen, als je maar de juiste vragen stelt.