Sinds de jaren negentig ben ik bezig in het hoger onderwijs. Als docent statistiek en onderzoeksmethoden, onderzoeker, afstudeerbegeleider, leidinggevende, adviseur en critical friend. In die periode heb ik het onderwijs erg zien veranderen. Wat opvalt is de omloopsnelheid van de onderwijsbenaderingen in het hoger onderwijs, met name vanaf het begin van deze eeuw. Deze benaderingen hangen samen het de wijze waarop we de afgelopen 25 jaar naar (hoger) onderwijs keken, hoe onderzoek een plek kreeg op het hbo en hoe we crises zoals COVID-19 te lijf gingen. Tegelijkertijd zien we ook een samenhang met verregaande digitalisering van het onderwijs en de intrede van generatieve AI. In dit blog geef ik je mijn kijk op deze ontwikkelingen.
Jaren 90 - 2005
Toen ik in de jaren 90 bij een universiteit werkzaam was, kwam probleemgestuurd onderwijs in zicht. Dat gebeurde op initiatief van de Universiteit Maastricht, die daarmee koploper was. Het betroffen voornamelijk didactische uitgangspunten om ervoor te zorgen dat de student centraal stond, dat er vragen uit de samenleving werden aangepakt en dat studenten leerden hun eigen leren te reguleren. Constructivistisch dus. Probleemgestuurd onderwijs ging begin deze eeuw over in competentiegerichte aanpakken, waarbij de leeruitkomsten belangrijk werden. De stip op de horizon was wat de student met het leren bereikte en op welke wijze de student als professional aan de slag kon. De leeruitkomsten moesten meetbaar zijn. Tegelijkertijd werd – met de invoering van de bachelor-masterstructuur – de accreditatie door NVAO aan hogescholen (en universiteiten) geïntroduceerd. In deze periode zag je veel ontwikkeling van toetsmateriaal in rubrics en leeruitkomsten, en de nadruk op meetbare resultaten.
2005 - 2015
Evidence-based onderwijs vindt haar oorsprong in de medische opleidingen, zoals verpleegkunde. Deze aanpak werd vanaf het begin van deze eeuw in toenemende mate populair. Met evidence-based onderwijs leren studenten om hun diagnose en behandelplan zo op te stellen dat deze efficiënt en effectief zijn. Ook meetbaar dus, maar zeker ook voorzien van het juiste ‘bewijs’. Ze leren daarbij onafhankelijk en zelfstandig te werken en de juiste vragen te stellen. Hier vind je veel experimentele (en dus kwantitatieve) onderzoeksopzetten. Gaandeweg is deze aanpak door andere opleidingen overgenomen.
Een andere ontwikkeling is die van ontwerpgericht onderwijs. Een benadering die de principes van ontwerponderzoek volgt. Je vindt deze benadering bijvoorbeeld op NHL Stenden. Ook hier ligt de nadruk op zelfregulering door studenten, op creatieve oplossingen voor maatschappelijke problemen en op iteratieve processen. Het leervraagstuk kan bijvoorbeeld een maatschappelijk probleem zijn; een groep studenten bedenkt hiervoor een oplossing en werkt die uit, om deze vervolgens uit te testen en bij te sturen. Dat testen gebeurt met behulp van praktijkonderzoek.
2015 - 2025
Naast het uitbouwen van ontwerpgericht onderzoek en onderwijs zie je de laatste tijd nieuwe ontwikkelingen. De jongste loot aan de tak van onderwijsbenaderingen is die van challenge-based leren. Bij deze methode gaan studenten samen met docenten en professionals aan de slag met uitdagingen (challenges) in de wereld om ons heen. Deze benadering vind je bijvoorbeeld bij de TU Eindhoven, maar ze wordt momenteel door veel hogescholen overgenomen. Eigenlijk is het een samensmelting van elementen uit eerdere onderwijsbenaderingen, zoals ontwerpen, evalueren, zelfregulatie, bewijsvoering en iteratie, met drie belangrijke toevoegingen: het aanpakken van levensechte vraagstukken (reallife), het bieden van duurzame oplossingen en het inzetten van gemeenschappelijk commitment (community's). Een voorbeeld hiervan is het opzetten van academische - en kenniswerkplaatsen op allerlei domeinen.
In deze figuur zijn de ontwikkelingen van onderwijsbenaderingen van de afgelopen jaren samengevat.
Parallelle ontwikkelingen
De geschetste onderwijsbenaderingen ontstaan niet in een vacuüm. Er liggen allerlei andere ontwikkelingen aan ten grondslag, zoals de toenemende nadruk op zelfregulatie, de opkomst van lectoraten aan het hbo vanaf het begin van deze eeuw, de bachelor-masterstructuur en de accreditatie van opleidingen in het hoger onderwijs. Daarnaast zorgde de coronacrisis voor een heel andere kijk op leren op afstand. Een zeer belangrijke recente ontwikkeling is die van generatieve AI; er is heel veel discussie over de invoering van AI in onderwijs en onderzoek.
Rode draad
De rode draad die ik zie in de ontwikkeling van onderwijsconcepten is de aandacht voor leren door de student zelf, de nadruk op het werken met en beantwoorden van vragen uit de samenleving, en de steeds belangrijker wordende plek die praktijkonderzoek daarbij inneemt. Verkeerde deze ontwikkeling begin deze eeuw nog in de beginfase, nu heeft praktijkonderzoek een volwaardige plek naast academisch onderzoek, met haar eigen toepassing en ontwikkeling van onderzoeksmethoden.
Slotsom
In dit blog heb ik in een notendop geschetst hoe ontwikkelingen in onderwijsbenaderingen vanaf het begin van deze eeuw zijn verlopen. Eigenlijk zijn de benaderingen allemaal variaties op een thema, waarbij de student steeds meer centraal komt te staan in het leren, vragen uit de samenleving een rol gaan spelen en praktijkonderzoek een volwaardige plek krijgt. Challenge-based leren is de jongste loot aan de boom van onderwijsbenaderingen. Ze heeft alle geleerde lessen uit eerdere benaderingen in zich en plukt de vruchten van hun succes.
Toch wil ik daar tot slot van dit blog een kanttekening bij plaatsen. Hoe positief deze ontwikkelingen ook zijn, ze volgen elkaar wel heel snel op en de ene innovatie is nog niet afgerond of de volgende dient zich al aan. Een onderdeel van het criterium van duurzaamheid is toch dat we onderwijsbenaderingen voor langere tijd kunnen inzetten en dat zie ik nog niet zo gebeuren. De omloopsnelheid is te vlot. Evaluaties van het huidige systeem zijn nog niet afgerond of de nieuwe ontwikkelingen staan al voor de deur.
Daarom luidt mijn advies om de uitgangspunten van challenge-based leren niet alleen op de inhoud van het onderwijs te betrekken, maar juist ook op het proces. Dat betekent dat we aan de slag gaan met een duurzame onderwijsbenadering waarbij alle betrokken groepen (dus studenten, maar ook onderwijsontwikkelaars, docenten en staf) tot hun recht komen.
Meer lezen? Zie https://www.challengebasedlearning.org/about/.